zaterdag 20 november 2021

Op kabouterwandeling in het Tivoli park.

Meer dan een week vooraf ging juf al eens kijken wat de weersvoorspelling was voor dé dag van onze uitstap naar de kabouters.
De voorspellingen waren eerst nogal miezerig en niet echt goed, maar gelukkig evolueerde het in positieve zin.  De beste dag van de week zou donderdag worden, eerst zag het ernaar uit dat het een grijze dag zou worden, maar droog zou blijven, en toen werd het nog beter!
De weergoden waren ons gustig gezind en we kregen mooi weer, het ideale weer voor een uitstap!
 

Gids Elisabeth wachtte ons op, zij begeleide ons op onze tocht.


Kabouters zijn dierenvrienden, onze kaboutertjes gaan de kippen eten geven.
Er zijn véél kippen in Tivoli, veel verschillende soorten kippen.















Als de kippen hun rantsoen gekregen hebben, gaan we naar de konijnen en de cavia's.
Iedereen krijgt een emmer met daarin groenvoer.
Elisabeth legt ons uit dat we de kant waar het steeltje zit moeten aanbieden.












Na het voeren van de diertjes stappen we naar het kabouterbos.
Van ons emmertje maken we een stoeltje en we zingen een lied voor de kabouters.










In de verte zien we een boom met 'een gat' in.
'daar woont een uil!' vertelt Ilai enthousiast.
'Dat zou kunnen' weet Elisabeth ons te vertellen, maar in dit gat wonen kaboutertjes.
Een storm heeft al de paddenstoelenhuisjes eens vernield en toen hadden de kabouters geen huis meer.
De kabouters hebben dan een huis in de boom gemaakt, zo zijn ze beter beschermd tegen weer en wind.


We gaan eens kijken of de kabouters thuis zijn.




We leggen ons oor tegen de stam van de boom en horen de kabouters snurken.
Juf vindt dat het snurken zo luid klinkt, dat ze denkt dat het meerdere kabouters zijn.







'Het is kabouter Lui die hier snurkt', weet Stam.


We laten de kabouters slapen en wandelen weer verder, we komen bij de ezels aan.
Iedereen krijgt een stukje wortel en dat mogen we bij de ezel gooien.








Onderweg zien we mooie zwammen op de boomstronken.


Er zit een vreemd varken in Tivoli, een hongaars wolvarken, dat ziet er raar uit.
Het is een varken in schapenwol.


Bij het wolvarken zit een everzwijn.


Onderweg hebben we eikels gezocht, die geven we aan de 'gewone' varkens.






In deze speeltuin kunnen we niet zomaar binnen, dit is geen speeltuin voor kindjes, dit is het paradijs van de geitjes.


Oh, aan deze schutting kunnen we zelf een geitje worden!




Elisabeth laat ons in het geitenhok.
De geiten zijn dit gewoon, we mogen de geitjes aaien, we moeten wel opletten.
We komen niet aan de kop van de geitjes, we blijven weg van de ogen en de oren en natuurlijk komen we niet aan de staart.  Het is geen idee om te lopen in het geitenhok, de geitjes denken dan dat we willen spelen en dan zouden ze kunnen 'bokken'.  





























In de boerderij van Tivoli staan 'tutjesbomen', kindjes die te groot geworden zijn voor tutjes, komen hier hun tutje in hangen.





En dan gaan we spelen in de speeltuin.
We spelen, genieten, verleggen grenzen, kortom we amuseren ons!














































































































Een dag in de buitenlucht ravotten maakt ons een beetje moe.





Het was een superleuke dag!
We gaan allemaal goed slapen vannacht...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten